Ambitieuze woonvisie voor alle kernen
Op 20 januari kwamen bewonersgroepen, bouwers, ontwikkelaars en dorps- en wijkraden bijeen in de Weijer in Boxmeer om de Woonvisie te bespreken. Wethouder Bouke de Bruin opende de bijeenkomst en was verheugd over de grote opkomst van ongeveer 160 aanwezigen. De focus van de Woonvisie in de Gemeente Land van Cuijk ligt op het bouwen van bijvoorbeeld twee derde betaalbare woningen en eenderde sociale huurwoningen. Vanwege nationale richtlijnen zal wonen en zorg steeds meer geïntegreerd worden.
Pim van Tiggeloven van adviesbureau Companen heeft onderzoek gedaan naar wonen in de gemeente, wat heeft geleid tot deze visie. In maart 2023 heeft de gemeenteraad aangegeven dat er meer goedkope woningen gebouwd moeten worden en dat er onderzoek moet worden gedaan naar alternatieve woonvormen en woningsplitsing.
De gemeente neemt deel aan de regionale woondeal, waarin is berekend dat er tussen nu en 2040 6.555 nieuwe woningen moeten worden gebouwd.
Deze ambitie is aanzienlijk lager dan de meest recente provinciale trendprognose voor woningbouw. Volgens het onderzoek ligt de behoefte aan woningbouw voornamelijk in het noordoosten van de gemeente. De woonvisie is opgesteld binnen verschillende kaders. De vraag naar woningen is het afgelopen jaar toegenomen, met name vanuit de gemeente Nijmegen. Het gemeentebeleid is gericht op het streven naar een buffer van ongeveer 8.500 woningen tegen 2040, verspreid over elke kern. In de voormalige gemeente Grave zouden volgens de behoeften in deze kern 880 woningen moeten worden gebouwd, wat niet noodzakelijk overeenkomt met de beschikbare grond.
Een nieuw aspect van het beleid is dat de gemeente voor nieuwbouw een toetsingskader zal hanteren om plannen te prioriteren op basis van een puntentoekenning. Op dit moment zijn er 6 prioritaire kernen waar te weinig plannen liggen in vergelijking met de behoefte. De gemeente streeft ernaar dat minimaal 15% van de nieuwe woningen sociale woningbouw betreft, waarvan de realisatie wordt nagestreefd.
De gemeente moedigt nieuwe woonvormen aan en streeft naar een betere benutting van de bestaande woningvoorraad, bijvoorbeeld door woningsplitsing en generatiewonen (vergelijkbaar met mantelzorgwonen). Daarnaast zal er onderzoek worden gedaan naar nieuwe financieringsvormen, zoals erfpacht en koopstarters, om de prijsontwikkeling te beperken. Om dit te ondersteunen, wordt een zelfbewoningsplicht en een speculatiebeding ingevoerd. In de kleine kernen zal meer ruimte worden geboden voor initiatieven van bewoners.
Uit het onderzoek is tevens gebleken dat inwoners tevreden zijn over de leefbaarheid in hun eigen kern. Een nieuwe ontwikkeling is de introductie van een informatiemarkt voor bewonersinitiatieven en ontwikkelaars, evenals het stimuleren van lokale woningzoekenden. Tegen 2040 zal Nederland naar verwachting 100% meer ouderen boven de 70 jaar tellen.
De vraag naar zorggerelateerde voorzieningen in de woonomgeving zal naar verwachting sneller toenemen dan het beschikbare zorgpersoneel. Daarom is het noodzakelijk om meer aandacht te besteden aan wonen met zorg. De ontwikkeling van intensieve woonzorgvoorzieningen zal met name plaatsvinden in de vijf grootste kernen. Het plan is om tegen 2040 2600 geclusterde woningen voor ouderen te realiseren door middel van zowel nieuwbouw als transformatie.
Het verbeteren van de energiezuinigheid in de woningbouw richt zich voornamelijk op de bestaande woningvoorraad. Hoewel de gemeente de landelijke voorschriften volgt, streeft zij naar een nog hoger niveau van duurzaamheid. Dit zal leiden tot een hogere prioritering van duurzame nieuwbouw en renovatie binnen het toetsingskader. Tot 2030 zal de focus liggen op het optimaliseren van isolatie, waarna er overgeschakeld zal worden naar een meer op de wijk gerichte aanpak van duurzame energie.
Er zal een haalbaarheidsonderzoek worden uitgevoerd waarbij een korting op de onroerendezaakbelasting (OZB) wordt overwogen in relatie tot de genomen duurzaamheidsmaatregelen.